Karin Ramaker.

Als ik niet schrijf, denk ik aan schrijven.

Paris, Paris.

“Bonjour, deux jus d’orange pressés, s’il vous plaît ?” Hij glimlacht en knikt. De ober, gekleed in een smetteloos wit overhemd met een zwart vest, snelt weg met het dienblad en keert even later terug om de glazen neer te zetten. Overal hangen oude, versleten spiegels in Art Nouveau-stijl. We bevinden ons in het 6e Arrondissement, de buurt waar Adriaan van Dis zeven jaar lang woonde. Hier bezocht hij de boekwinkel L’Écume des Pages aan de Boulevard Saint-Germain, waar ik zojuist het boek van Albert Camus (The Plague – De Pest) heb gekocht. Buiten regent het hard en mensen haasten zich naar de metro, op weg naar hun werk of huis. De lucht is dik van grijze wolken. Een oudere dame loopt tergend langzaam over het pad, haar sjaal strak om haar hoofd gewikkeld.

Een uur later, in de metro, wordt het steeds drukker. Mensen staan op van hun zitplaatsen om ruimte te maken voor nieuwkomers. Terwijl ik eerder door een nauw steegje liep, zag ik een man rennen om een wegwaaiend servetje te pakken. In de metro wordt niet gebeld of naar video’s gekeken; mensen wachten geduldig tot ze op hun bestemming zijn. De metro raast voort van station naar station: Nation, Belleville, Châtelet.

In een gezellig café wordt cafe allongé geserveerd, alweer mijn zoveelste van de dag. De lucht klaart op, we bezoeken het Musée Gainsbourg, Rodin en toch nog even langs Père Lachaise om Maria Callas te zien. Haar urn bevindt zich verrassend genoeg in een muur tussen ‘personnes ordinaires’.

Belleville, met zijn heuvels, street art, alternatieve winkeltjes (en de geboorteplek van Edith Piaf) biedt een prachtig uitzicht op de Eiffeltoren in de verte. De Eiffeltoren heb ik al vaak genoeg van dichtbij gezien, net als vele andere toeristen. Er is nu meer behoefte aan lokale straten, cafe’s en mensen. The Friendly Kitchen in het 11e arrondissement, wat ik ‘de oude wijk’ noem, is een bijzonder hip vegetarisch restaurant.

Pure Café, La Chope, Pilo’s – deze cafés waren geweldig. Verse citroencake, eclairs, pain au chocolat en natuurlijk croissants. Op een van de laatste avonden een onverwacht diner bij een authentieke Vietnamees, Hanoi 1988 in Rue le Regrattier.

Bij Les Chimères in Saint-Paul lees ik uit Annie Ernaux’ “De Jaren”. Later, wandelend door het glooiende Parc des Buttes-Chaumont, wordt via een stappenteller alle stappen bijgehouden (veel!) en wordt er uitgerust op een bankje terwijl de zon doorbreekt. Een oudere zwarte hond met grijze haartjes om zijn snuit rent naar me toe en legt een stuk hout voor mijn voeten. Hij kijkt me aan alsof hij wil zeggen: “Als jij dit stuk hout weggooit, kan ik het halen?” En dat deden we, totdat zijn Franssprekende baasje hem riep om verder te lopen. “Excusez-moi.” “Non, pas nécessaire.”


2 reacties op “Paris, Paris.”

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Door de site te te blijven gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten