Ik Verblijf
In de straten
van alle talen
Wij spreken
Gewaltlos
Diverse
La casa
Joyeuse
In verscheidenheid.
Ik Verblijf
In de straten
van alle talen
Wij spreken
Gewaltlos
Diverse
La casa
Joyeuse
In verscheidenheid.
Ik ga de link hier niet plaatsen. Het was nogal een berg hoogdravendheid wat ik gisteren, via een conversatie en een doorverwijzende link op twitter, las. Waarschijnlijk dacht de schrijver, jeuj, ik ben nieuw en mag op dit platform bloggen en laat ik nou meteen eens flink met de deur in huis vallen. Het doet het namelijk altijd goed, flink je mening geven over een bepaald hot item en als je het dan een beetje extra aandikt kun je wellicht veel views verwachten. Een stukje ‘bad publicity is good publicity‘. En toch ook een schouder misschien, maar die schouder was ver te zoeken of niet breed genoeg. De blogger in kwestie was op zoek naar gelijkgestemden maar kreeg de tegenpolen op haar dak.
Terwijl iedereen zich erover heen stortte en het walgelijk vond, vond ik het vooral verdrietig en hoopte ik nog steeds dat het een grapje was.
Vandaag viel ook de beurt aan Yvonne Kroonenberg. Iets met primitieve mensen en geschoolde mensen die moeilijke dingen leren en klassieke muziek luisteren. ‘Iedereen noemt zich ook maar mens tegenwoordig.’ verzuchtte ze.
Was het niet een soort grapje? vroeg ik me af. Kon het misschien zo zijn dat iemand een grapje had gemaakt? Mag het (alsjeblieft) een grapje zijn? Als het een cabaretiër was geweest hadden we gehuild van het lachen.
Gisteren blogde ik over vrijheid van schrijven. Het kan zomaar ineens zo zijn dat je in de schijnwerpers staat waar je, voordat je begon met je verhaal, niet over nagedacht had. Het voordeel van lompe directheid zonder enige nuance is dat je wel meteen duidelijk hebt wat de ander ergens van vindt en hoe hij is. Laten we er vooral ook de voordelen van inzien.
Het is de vrijheid van muziek delen. Het is de vrijheid van muziek maken. Het is de vrijheid om van iemand te houden, iemand te haten, te verwensen, en het is de vrijheid in ons land om meer dan eens te roepen dat je links en rechts gescheiden wilt houden.
Dat je wilt kaderen, vastbinden of binnen de perken wilt houden met regeltjes en wetten.
Een aantal weken geleden kreeg ik een uitnodiging om mee te doen met Poezie op Pootjes die dit jaar het thema ‘vrijheid ligt niet op straat’ heeft.
Ik stuurde mijn gedicht in maar het werd niet uitgekozen om voor te lezen in de bibliotheek gisterenmiddag omdat ik, denk ik, in mijn gedicht riep dat het wel op straat ligt.
Ik verblijf
In de straten
van alle talen
Wij spreken
Gewaltlos
Diverse
La casa
Joyeuse
In verscheidenheid.
Vrijheid zit vooral in je hoofd. Niemand raakt je gedachtengang. Het kan nergens steken, slaan of schoppen. We hebben de vrijheden om te sparen en vol uit te gaan en we hebben de vrijheid om te geloven en te bidden. We hebben zelfs de vrijheid om te kiezen.
En toch … toch hebben we zoveel vrijheden maar zijn we banger. Banger om hardop te roepen, hardop te zeiken en hardop te vinden wat we vinden. En wat doen we eraan? …
Na een aantal leuke dagen vertoefd te hebben in het allerzonnigste Barcelona vielen mij een aantal dingen op waarbij ik meteen dacht: Waarom hier wel en bij ons niet?
Mensen wandelen naar hun bestemming. Zij lopen in een rustig tempo en hebben geen haast. Ze zijn niet geïrriteerd omdat zij te laat zijn en ze knallen nergens tegen andermans schouders aan. Mensen wandelen van A naar B en lijken te genieten onderweg van wat zij zien en horen.
Mensen bellen amper. Ze luisteren niet naar iPods of bellen met hun vriendin, vriend of echtgenoot. Ze hebben ook geen werkbesprekingen onderweg. Ze geven hun ogen de kost en letten op het verkeer. Men heeft hun ogen gericht op vooruit in plaats van naar beneden en zij toetsen geen nummers in van hun mobiele telefoon.
Men heeft geen hekel aan wachten. Ze staan bij de metro, bus of ergens in een rij maar lezen ondertussen een boek. Toen ik in China was zag ik precies hetzelfde; in winkels zat men tegen pilaren of muren en las een boek terwijl anderen hun dingen moesten doen; iets kopen ofzo. Men had geen hekel aan wachten; zij benutten hun tijd immers aan het lezen van kranten of boeken. Het leek daardoor niet op tijdverspilling, dat lange wachten. Men las mooie zinnen uit interessante boeken.
Men scheldt niet op straat of in de metro. Men wacht totdat stoplichten weer op groen springen en laat voetgangers rustig oversteken. Niemand toetert, fluit of stapt uit een auto om iemand hardgrondig van repliek te geven. Regels worden nageleefd.
Teveel regels van bovenaf maakt creativiteit dood. Ik voel me weleens benauwd in Nederland. Ik mag niet veel of het wordt meteen omkaderd. Het is te strak en bovendien is voor mij democratie een farce. Ik heb soms heimwee naar vrijheid. …
Door de site te te blijven gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie
De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.