Dominostenen.

Als er een incident plaatsvindt, denk ik vaak aan dominostenen. Als er eentje omkiept, gaat de rest ook en je weet niet waarvoor elke dominosteen staat. Als er een incident plaatsvindt en de eerste dominosteen valt, bijvoorbeeld omdat een buurman bij een buurvrouw aanbelt en haar kind opendoet, dan zijn er op dat moment al twee stenen omgevallen. Moeder en dochter en dan een vriendinnetje, buurtbewoners, een paar bouwvakkers die buiten bezig zijn. En dan verplaatst alles. Er vallen meer dominosstenen om. In een ziekenhuis zijn altijd veel mensen. Patiënten, receptiemedewerkers, verpleegkundigen, leerlingen, schoonmakers, directiestaf en in een leslokaal een docent. En ze vallen om, die stenen. De een raakt op de een of andere manier de ander. Op zulke momenten denk ik vaak aan die ene film, Crash. Over de onzichtbare lijnen die in elkaar knopen. Wat de een doet heeft onmiddellijk effect op de ander. En je weet soms niet in hoeverre je de ander aanraakt en treft en hoe wijd dit reikt.

‘It’s the sense of touch. In any real city, you walk, you know? You brush past people, people bump into you.’

Gisterenmiddag las ik een teletekstbericht en was in dubio. Zou ik bellen? Geen nieuws was toch altijd goed nieuws? Ik besloot af te wachten. Daarna kwam het verlossende telefoontje. Oudste gastkind liep naar me toe en vertelde dat hij geschrokken was maar alles was oké. Net vandaag was zijn vader een keer niet in het ziekenhuis aan het werk. De kinderen waren geschrokken en opgelucht.

De dominostenen raken toch meer dobbelstenen dan je van tevoren denkt.

Klimaatdemonstranten.

Er is een stukje weg met stoplichten, vlakbij mijn werkplek, waar elke dag, rond twaalf uur, klimaatdemonstranten de weg op wandelen met kartonnen borden. Dat stukje weg heet de A12, waar de media een beeld van vormt dat er auto’s voortrazen omdat het een snelweg zou zijn. Dat is niet zo. Bovendien kun je met vijf minuten omrijden gewoon de snelweg op. Vorig jaar was deze A12 maanden afgesloten wegens werkzaamheden. Maar dat is het beeld dat er is. En journalisten apen elkaar na.

Er is ook een beeld dat de klimaatdemonstranten vieze mensen zijn die zich niet wassen en met lompen kleding rondlopen of met geiten wollen sokken de straat op gaan. Ze werken niet, gaan erheen met de auto en gaan gewoon op vliegvakanties. Meestal zijn dit mensen die geen klimaatdemonstranten in hun vriendenkring hebben zitten want anders was hun beeld wel bijgesteld. Bovendien zien ze alleen wat er in de krant staat. Ze zijn zelf niet bij de A12 geweest.

Muziekinstrumenten werden afgepakt. Dan maar zonder.

Het kost ook heel veel geld om al die arme politie mensen elke dag op te laten draven om die klimaatdemonstranten weg te halen. Die arme politie mensen hebben andere dingen te doen, zoals supporters oppakken die voor, tijdens en na een voetbalwedstrijd bushokjes kapot slaan, elkaar en ook politie mensen. Levensgevaarlijk! Dan moeten ze ook nog richting de A12 met waterkanonnen uit Duitsland, en zaterdag uit België, om de klimaatdemonstranten weg te spuiten. Burgemeester van Zanen geeft elke keer toestemming om die waterkanonnen in te zetten. Ik lees vandaag dat de waterkanon uit België zo hard gaat, dat demonstranten blauwe plekken krijgen. 

Ja, maar dan moeten die klimaatdemostranten daar maar niet gaan zitten, eigen schuld, dikke bult, zou Mark Rutte roepen. Ook burgemeester van Zanen, ook VVD’er, zal hetzelfde roepen tijdens de ochtendbriefing in het lelijke Haagse stadhuis. Ik schaam me kapot met zo’n burgemeester.

46,5 miljard euro per jaar loopt de overheid mis door fossiele subsidies

Het klopt wel. Als je als individu geen vlees meer eet, niet meer vliegt en wat vaker de auto laat staan, ga je het enorme klimaatprobleem niet oplossen. Dat is ook exact de reden waarom die klimaatdemonstranten elke dag de weg op gaan. Het gaat juist om die grote bedrijven, die meer zien in flink geld verdienen over de rug van burgers die ziek worden van de uitstoot van dezelfde bedrijven. En dan ontvangen die bedrijven die smerigheid uitstoten ook nog eens fossiele subsidies. Er is een berekening gemaakt die later nog hoger uitpakte dan we dachten. Eigenlijk geeft de overheid deze bedrijven, die lucht vervuilen, een cadeautje. Burgers betalen in verhouding veel meer belasting dan die smerige, gore bedrijven. In de regio waar Tata Steel uitstoot is nu vastgesteld dat de mensen die er wonen eerder overlijden en vaker kanker en astma zullen krijgen. Maar daar werken heel veel mensen, het is goed voor de economie! Maar deze mensen worden ziek, gaan de ziektewet in. De vraag is ook of je op zo’n manier je geld wil verdienen?

We hebben veel problemen in Nederland. De zorg en het onderwijs liggen behoorlijk op z’n gat. Zonder goed onderwijs geen innovatie en dus geen toekomst. Zonder goede opgeleide verpleegkundigen lig je straks met je astma thuis te puffen zonder hulp want want die kun je niet betalen. Ondertussen blazen Tata Steel, Shell en Chemours wolkjes ellende de lucht in. Goed voor de economie. Slecht voor je gezondheid. Chemours is trouwens een beetje blind en doof. Check BNR Radio maar.

Terugkomend op die klimaatdemonstranten die elke dag vreedzaam een stukje weg bezetten en eisen dat de fossiele subsidies stoppen. Ze zitten er ook voor jou. Dat wil je misschien nu helemaal niet, want je moet er langs, maar ooit kijk je terug en zul je ze dankbaar zijn. Het zijn kakkers, hippies, onderwijzers, opa’s en oma’s, kinderen, wetenschappers, studenten, ondernemers en bezorgde burgers zoals jij en ik. Ze zijn niet werkloos maar zzpers, of hebben een vrije dag en ze rouleren. Ze staan er op snikhete dagen en als de regen met bakken uit de hemel valt. Ze vangen de klappen op. Ze hebben een strijd te voeren voor een leefbaar en schoner milieu. De overheid doet dit namelijk niet.

Wil je in actie komen maar vind je demonstreren net een stap te ver? Onderteken de brandbrief!

Speelparadijs.

‘Ik ga naar een speelparadijs voor volwassenen.’ vertelde ik aan een achtjarige. Ze maakte een ‘O’ met haar mond en kreeg ogen als schotels toen ik vertelde waar ik precies naartoe ging. ‘Maar dat is ook een paradijs voor kinderen hoor!’ We gaven elkaar een boks.

En ik bedenk me altijd, voordat ik er ben, dat ik waarschijnlijk veel zie zodat ik ook veel te schrijven heb als ik weer thuis ben. Ruzies in gangpaden, ruzies over kleuren, kleedjes en meubels. Of kinderen die besluiten middenin een gangpad driftig te worden. Bij de coffee corner zouden er mensen kunnen voordringen waardoor ook irritaties zouden ontstaan.

Niets van dit alles. Vandaag was het druk maar niemand had ruzie. De kinderen wandelden braaf mee met hun ouders en bleven rustig aan tafel zitten tijdens de lunch en aten netjes hun muffin op. De mensen waren gemoedelijk en wachtten rustig op elkaar.

Ik ging voor een vitrinekast maar ging weg met pannenlappen, twee hoezen om kleding in te bewaren, bestek, een kandelaar, vetplant en verse kaneelbroodjes. Ik had bijna een octopus knuffel gekocht voor neefje maar hij woont al in een dierentuin. Er komt vast nog wel een volgende keer dat we naar de Ikea gaan.

Wat ze niet vertellen kon.

Het leest als een thriller, ook al was het, denk ik, niet de bedoeling. Ik heb het over het boek van `Marcel Maassen, over een moeder die heel haar leven in haar herinneringen en beschrijvingen van haar jeugd gaten open laat en daardoor haar dochter, na haar dood, achterlaat met een heleboel vragen. De dochter schakelt Marcel, de schrijver, in om onderzoek te doen. Wat klopt nou wel en wat niet? Na enig aarzelen stemt hij toe, om meerdere keren te willen stoppen. Op cruciale momenten wil zij stoppen. Wat ze gaandeweg opsporen is niet altijd gezellig om te horen en te lezen. Het is ook confronterend om erachter te komen waar er gelogen is en waar niet.

Bovendien is het zoeken naar een speld in een hooiberg. Alles wat Cyrilla’s moeder Irene verteld heeft geeft niets prijs aan namen, data en plaatsen. Waar te beginnen? Ze beginnen met wat ze wel hebben. Het zijn dagboekfragmenten en verhalen die anderen kunnen steunen dan wel teniet doen. Door genealogisch onderzoek, onderzoek in archieven, terug te gaan naar bepaalde plekken, ook in het buitenland, en mensen te interviewen komen ze langzaam maar zeker iets op het spoor dat lijkt op bewijs. Het is een langzaam ontrafelen van een in elkaar geknoopt bolletje wol.

Voor Cyrilla, de dochter, is het een aaneenschakeling van emoties. Woede, verdriet, ongeloof en berusting wisselen elkaar af na elke teleurstelling of klein geluk. Hoe kon haar moeder het verleden zulke verdraaiingen geven? Waarom vertelde ze niet waar ze vandaan kwam? Wat was er nou wel gebeurd en wat niet? Langzamerhand, door de verdere ontrafeling, is het vooral bij Marcel duidelijk dat Irene echte redenen had om haar leven zo in te kleuren en bepaalde (soms cruciale) gebeurtenissen weg te laten of te verdraaien. In het laatste deel van het spannende en meeslepende boek kom je het te weten. En zelfs iets meer.

Raket.

We zijn geen vrienden. We kennen elkaar omdat je jaren geleden een blogcursus bij me volgde. Een paar jaar geleden overleed een oud cursist door ziekte, maar zij was al wat ouder. Wat ik zeg, we zijn geen vrienden. We waren collega’s, we woonden in dezelfde stad. We kwamen elkaar weleens tegen bij een borrel. We kletsten over duurzaamheid. Tips voor leuke duurzame winkeltjes kwamen meestal van jou. Ik stuurde soms die tips weer door. Je liefde voor Azië was er altijd en verweven in je leven. Je woonde zelfs een tijdje in Chinatown. We volgen elkaar op de socials, de laatste paar jaar vooral via je blog. De ironie. (…)

En nu lees ik dat je nog maar een paar dagen hebt. Ik kan er niets aan doen maar ik ga meteen terug naar de laatste dagen van mijn moeder, thuis in haar bed, en hoe dat was. Ik zie een foto van een vermagerde vrouw met nog een plukje groenig haar dat, denk ik, ooit blauw geweest moet zijn. Je eet een ijsje, althans, je houdt een raket in je hand. En ik raak ontroerd omdat je nog jong bent en lacht en nog steeds zie ik de glinstering in je ogen. Hoe kan een jongedame ineens zo ziek zijn en nog maar een paar dagen hebben? En ik staar naar die raket.

Het is zo verdomd cliché maar soms wil ik mensen die klagen en het leven zo zwaar vinden door elkaar schudden want je verliest zo veel tijd! Voor je het weet kun je niet meer terug. Is het leven klaar. Moet je afscheid nemen. Is het alleen maar terugkijken en niet verder. Voel je je daar weer schuldig over want het had zo anders kunnen zijn.

Sommige mensen zijn niet je vrienden. Het zijn kennissen, getuigen of wandelaars die dezelfde route lopen en dan, om welke reden dan ook, een afslag nemen. Maar zij hebben iets wat je herkent of fijn vindt. Iets dat blijft hangen. En dat had jij.

Door de site te te blijven gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten