Passief agressief.

199 woorden, 1 minuut leestijd.

In de stiltecoupé komt een man naast me zitten. Normaal gesproken ontvang ik nauwelijks appjes, maar nu krijg ik er toevallig een paar achter elkaar. Mijn geluid staat vrij zacht, maar deze meneer hoort het toch en zegt: “Tuttutetuu.”
Ik kijk hem even aan, alsof ik wil bevestigen of ik het goed hoorde, maar ik besluit verder naar buiten te staren.

Even later komt er weer een appje binnen. Mijn telefoon zit in mijn tas en het geluid is minimaal. De man klapt zijn laptop open en begint te typen. Ik check mijn berichten en stop mijn telefoon weer weg.

Nog een appje. “Tuttutetuu,” klinkt het opnieuw. Ik frons mijn wenkbrauwen. Dit doet hij expres.
Ik overweeg iets te zeggen, maar het is tenslotte een stiltecoupé, dus ik houd mijn mond.

Dan laat een jongedame achter mij iets vallen—een fles of iets dergelijks. “Goeiemorgen!” roept de man. Ze laat nog iets vallen, dit keer een tas. “Goeiemorgen!” klinkt het opnieuw.

Even later gaat er overduidelijk iets mis met zijn laptop. Hij drukt op een toets die een hard geluid maakt. Het gebeurt meerdere keren; hij blijft er maar op drukken.

Wie maakt er nou herrie in de stiltecoupé?

Verbinding verbroken.

276 woorden, 1 minuut leestijd.

Het is vreemd om te beseffen dat ook de zus van mijn moeder er nu niet meer is. Ze was twee jaar jonger, en vroeger kende ik haar nauwelijks. Ik heb slechts een paar herinneringen aan haar. Als families elkaar niet dulden, lijkt het alsof de kinderen daar automatisch onder lijden.

Twee jaar geleden zei de partner van mijn tante: “Als je je tante nog een beetje in haar goede doen wilt spreken, doe het dan nu.” Ze leed aan dementie en ging snel achteruit.
Die middag stond ze in haar woning voor de kast en wees naar een foto van haar ouders. Toen ik wegging, gaf ze me een warme omhelzing. Daarna ging het inderdaad steeds slechter, en uiteindelijk moest ze naar een gesloten afdeling van een verzorgingstehuis.

Vorige week vrijdag belde de andere zus. Ze was net onderweg toen ze een telefoontje kreeg van een zoon: het was voorbij.
Hoewel opluchting overheerst omdat ze niet meer hoeft te lijden, voel ik verdriet. Het raakt me meer dan ik had verwacht.

“Heb je nog foto’s van ons drie zussen?” vroeg mijn andere tante. Voor de ontruiming van het huis had ik een fotoalbum meegenomen. Na lange tijd bladerde ik er weer doorheen. Foto’s van hun jeugd kwamen voorbij.

Er is weer een verbinding verbroken. Iemand die een lijn naar mijn moeder had, is er niet meer. Al kon ze jaren geleden, toen ik haar weer zag, niet meer goed met me praten over vroeger, keek ik naar herkenningspunten. Haar net zo witgrijze haar, haar twinkelende ogen, haar maniertjes. Hoe ze daar zat in haar stoel. Hoe anders ze ook was, maar wel mijn moeders zus.

Dag Marian, doe mijn moeder de groeten!

Glazen aansmeren.

473 woorden, 3 minuten leestijd.

In de wachtkamer beneden, bij de trap, moest ik wachten. In de kamer zat een man die een oogmeting kreeg, terwijl de opticien uitgebreid vertelde hoe goed die Suprème-glazen waren.
‘Wat raadt u me dan aan?’ vroeg de man op de stoel.
Nee, dat moet je niet vragen! dacht ik nog. Natuurlijk begon de verkoper aan een lang verhaal over de beste glazen die je je maar kon wensen—je wilt immers het beste van het beste. Ik kuchte wat.

De man was klaar, pakte zijn jas en verliet de kamer. Ondertussen pakte ik mijn spullen om naar binnen te gaan.
‘Ik geef geen hand, hoor. Ik heb het niet zo op al die virussen.’
‘Nou,’ zei ik, ‘ik ben het ook niet meer zo gewend, handen schudden.’
‘Ik vind het een blijk van respect, maar ja.’ ‘U was wel aan het kuchen in de wachtkamer.’

Ik mocht plaatsnemen in de stoel. De man luisterde naar mijn verhaal over lenzen, een leesbril en een gewone bril, waarmee ik nu minder goed zie als ik computerwerk doe. Hij pakte mijn gegevens erbij op zijn computer.
‘Mag ik vragen hoe oud u bent?’
‘Dat staat in de gegevens,’ zei ik.

Daarna begon het allemaal een beetje vreemd te worden.
‘Je zei net dat die ene bril je laatste bril was die je bij ons hebt gekocht?’
Ik knikte.
‘Maar dat is niet zo.’

Ik begreep hem niet. Ik wist toch zelf wel wanneer ik mijn laatste bril had gekocht? Bovendien stond het in de online omgeving.
‘Nee, hoor. Deze is al ruim twee jaar oud.’

Ik had geen zin in discussies. Ik wilde dat hij mijn ogen zou opmeten. Dat ging hij ook doen, zei hij, maar eerst wilde hij toch graag praten over mijn leeftijd. Ik niet.

Na de oogmeting wilde hij toch nog even benadrukken dat ik beter af zou zijn met een multifocale leesbril. Na een heel wollig verhaal, waar ik geen touw aan vast kon knopen, vroeg ik:
‘Ik ben tevreden met mijn huidige bril, kunnen die glazen daarin? Dit is een bril die ik hier gekocht heb.’
Nee, dat kon toch eigenlijk niet. Niet dat hij me per se een nieuwe bril wilde aansmeren, maar ik had geen garantie meer met die oude, en ja, het was lastig om nieuwe glazen in zo’n montuur te zetten door de spanning erop.

Toen ik over het kostenplaatje begon, wiebelde hij op zijn stoel. Honderden euro’s. Ik stond op uit mijn stoel en bedankte hem vriendelijk.

Eenmaal boven vroeg ik de man achter de kassa of ik mijn nieuw gemeten glazen in het oude montuur kon laten zetten. Dat kon. Mocht ik toch een nieuw montuur willen of er even naar kijken, dan draaide hij zijn scherm naar me toe en zei dat ik uit deze collectie kon kiezen.
‘Ik kan niet passen?’ vroeg ik.
Hij schudde zijn hoofd. ‘Ze willen gaan vernieuwen…’

De wachtrij bij het Nationaal Archief.

558 woorden, 3 minuten leestijd.

De website Oorlog voor de rechter heeft het sinds januari 2025 erg druk. Als je de site opent, moet je geduld hebben, want velen zijn tegelijkertijd op zoek naar informatie over oudooms, tantes, neven, nichten, opa’s en oma’s die wellicht ‘fout’ waren tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Het onderwerp roept veel op in Nederland. Stel je voor dat je jouw achternaam invoert en er verschijnt een dossier over een arrestatie, berechting of internering. De meningen lopen uiteen. Sommigen vinden het gevaarlijk, omdat mensen snel oordelen. Families vrezen de mogelijke consequenties en voelen schaamte.

Dat zijn de nadelen die vaak worden benoemd. Tot mijn verbazing hoor ik echter minder over de voordelen die dit kan opleveren. Als je jezelf beter wilt leren kennen, begint dat bij het leren kennen van je eigen geschiedenis. Het zegt niets over jou als verre familieleden ‘fout’ waren. Het laat juist zien hoe jij anders in het leven staat. Bovendien is het vreemd om delen van de geschiedenis weg te stoppen, alsof ze nooit hebben bestaan. Het was er wel. Zij maakten die keuzes, hoe vreemd ook, maar dat was toen.

Een voorbeeld van een voordeel: mijn achternicht wist lange tijd niet dat ze ooit een doodgeboren broertje had. Ik besloot onderzoek te doen en vond een aangifte van zijn geboorte, inclusief een geboortedatum. Het was fijn om nu te weten wanneer hij geboren was. Het maakt de puzzel iets completer en geeft rust. Hij was een kind van de zomer.

De afgelopen maanden bracht ik ook een aantal keren door in het Nationaal Archief. Ik was op zoek naar informatie en bewijsmateriaal over mijn achter-achterneef Kees. Er kwam een summier dossier boven water. Hoewel ik al veel wist, vond ik toch nieuwe informatie. Net genoeg om zijn levenspad verder te reconstrueren. Het was geen dossier over collaboratie, maar over werkweigering, onderduik en verzet.

Op NPO 2 kun je de nieuwe serie De oorlog die nooit ophoudt bekijken. Ik heb de driedelige serie al gezien op NPO Start. Het zijn spannende afleveringen om als buitenstaander te volgen, maar wanneer ik mezelf in die tijd voorstel, beleef ik het met een heel ander gevoel.

Het is bijzonder om die oude dossiers erbij te pakken, met hun fragiele papieren, vol getypte of handgeschreven aantekeningen. Alsof je teruggaat in de tijd, alsof de buitenwereld vervaagt en je in een capsule wordt gezogen. Uren vliegen voorbij terwijl je de dossiers doorneemt. Nadat ik het dossier over Kees had gelezen, ging ik terug om getuigenverklaringen van oud-gevangenen uit Kamp Amersfoort te lezen. Zo kreeg ik een beter beeld van wat zich daar heeft afgespeeld.

Goed en fout lopen vaak door elkaar. Zelfs gevangenen die hun zwakke positie wilden verbeteren, gedroegen zich soms als nazi’s. Tegelijkertijd waren er nazi-kampbewaarders die gevangenen extra eten gaven.

Het is een complex vraagstuk. Moet alles digitaal worden gemaakt, zodat iedereen toegang heeft? Wanneer stopt het recht op privacy? En waarom beschermen we de privacy van daders, terwijl slachtoffers soms niets mogen weten? Misschien helpt het als we het zien als familie die wellicht fout was, maar die jij niet bent.

(En even terzijde: als alles online beschikbaar was, had ik nu met mijn pasje gewoon een reservering kunnen maken om naar het Nationaal Archief te gaan voor verder onderzoek. Gelukkig hoef ik dan alleen zijdelingse details na te gaan, maar toch…)

Mijn boekenlijstje van 2025.

565 woorden, 3 minuten leestijd.

Veel mensen stellen aan het eind van het jaar een lijstje samen van hun favoriete muziek, boeken, films, podcasts, enzovoort. Ik had het afgelopen jaar veel gelezen (Anton de Kom, Annie Ernaux, Tove Ditlevsen, Marguerite Duras, Caro van Thuyne, Wim Brands, Adriaan van Dis en Chantal Akerman, om er een paar te noemen).

Het fijne van jarig zijn in december is dat je met nieuwe boekenbonnen en cadeaubonnen – én nieuwe boeken – het nieuwe jaar meteen lezend kunt beginnen. Daarom stel ik een nieuwjaarslijst samen van de boeken die ik in 2025 lees of wil lezen.

Op mijn stapel / Ik lees nu:

  1. Joris van Casteren – De mensheid zal nog van mij horen
  2. Rebecca Solnit – Wiens verhaal is dit?
  3. Stephanie Biesheuvel – Het verraad van de Jordaan
  4. Tommy Wieringa – Nirwana

Ik ga aanschaffen:

  1. Lara Taveirne – Wolf
  2. Anja Meulenbelt – Alle moeders werken al
  3. Annie Ernaux – De schaamte
  4. Navalny – De patriot
  5. Marja Pruis – Huiswerk
  6. Monique Thoonsen en Marijenne van der Gaag – Wiebelen en friemelen voor mensen met een verstandelijke beperking

De dikke pil van Joris van Casteren kreeg ik voor mijn verjaardag. Ik ben fan van zijn boeken, maar dit werk is wat anders dan zijn eerdere werk. Hij laat de stemmen uit een dagboekarchief spreken. Dat doet hij op zijn eigen, droge en observerende manier, maar de tussenstukken waarin hij meer uitlegt over zijn onderzoek en omgeving hadden van mij geschrapt mogen worden. Het verhaal is bovendien versnipperd: Eva de Koning gaat over in een hoofdstuk van Wim de Vries, en andere vertellers komen ook aan bod, waardoor ik telkens moet schakelen. Deze kritiek werd ook geuit op het boekenblog Tzum, waar iemand (ene Jaap van Zweden) het componeren van een muziekstuk als metafoor gebruikte. De schrijver zou de dirigent zijn, of iets dergelijks.

Ik hou van boeken met cadans en vloeiendheid. Toch is het ontzettend fascinerend om al die onbekende dagboekschrijvers te leren kennen. Van Casteren blijft ook hier dezelfde schrijver: droog en scherp observerend.

Rebecca Solnit’s Wiens verhaal is dit? (ik kende haar al van Mannen leggen me altijd alles uit en Hoop in het donker) had ik al aangeschaft. Dit boek vormt een tegenhanger van de roman. Solnit is scherp in haar analyses over wat er in de wereld gebeurt en onderzoekt thema’s als macht versus kennis, seksualiteit en kapitalisme, egoïsme en kunst. Welke veranderingen doen zich voor in de positie van vrouwen (#MeToo), politiek en activisme? En vooral: wie mogen de verhalen van onze tijd vertellen? Dit boek lees ik in kleine stukjes, omdat het kan.

De podcast van Stephanie Biesheuvel kende ik al, omdat Marco Raaphorst – mijn vriend – de podcast heeft geëdit. Ik kreeg het boek voor mijn verjaardag. Het biedt een uitgebreider beeld van een NSB-familie die jarenlang zweeg na de oorlog, totdat een nieuwsgierige nazaat de stilte doorbreekt. Sommige dingen meenemen in je graf lukt niet altijd. Dat heb ik ook ervaren. Dit boek zal ik in het nieuwe jaar lezen.

Van mijn werk kreeg ik Nirwana van Tommy Wieringa. Tot dat moment had ik nog niets van deze schrijver gelezen. Op de een of andere manier gaan sommige schrijvers aan me voorbij (Peter Buwalda bijvoorbeeld ook). Maar, zo verzekerde de moeder van de kinderen voor wie ik werk, dit boek gaat over iemand die in archieven duikt. Echt iets voor mij dus!

Ik geloof dat ik, op het gebied van goede leesvoornemens, goed gebeiteld zit.

Door de site te te blijven gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten