Wanneer discrimineert discriminatie?

Het was al laat en ik liep in gehaast tempo richting het station van Delft. Vlakbij de bushalte stak ik over om de stoplichten te vermijden en liep op het smalle stoepje langs de mensen. In de hoek van het bushokje stonden twee jonge gasten te praten. Hard. Ze droegen allebei wijde kleding en hadden een petje achterstevoren op hun hoofd. Op het moment dat ik via het smalle stoepje langs één van hen wilde, stak hij zijn voet naar achter tijdens hun gesprek waardoor ik uit balans raakte, niet op de straat wilde belanden en ik dus héél even zijn rug aanraakte. Wat erna gebeurde gaat werkelijk boven mijn verbazing. Mijn eerste reactie, waar ik vroeger nogal irritatie opwekte door het zóveel te zeggen, was sorry zeggen. Maar daar had ik geen tijd voor. De jongen in zijn wijde kleding draaide zich heel snel om en begon te schreeuwen.

‘Do not touch me! Don’t touch me! DON’T TOUCH ME! DO NOT TOUCH MEEEEEEE!’

Het leek alsof heel even alles om ons heen er niet meer was. Alsof de bus niet eens langszoefde aan de overkant. Er stond een klein figuur in wijde kleding met wilde gebaren naar mij te schreeuwen. Dreigend. Aanvallend. Idioot. Alsof hij achter me aan zou lopen om me iets aan te doen.

Mijn reactie was lachen. Ik moest écht lachen. Het was gewoon dolkomisch. Een springend insect. Een springerig, idioot gedragend manspersoon met wilde gebaren die vanalles uitriep. Het was dat ik nog wél hoorde wat hij allemaal zei. Iets van Bitch en Kanker…. en andere scheldkanonades die in onmacht weleens geschreeuwd worden. En toen belandde ik weer in de werkelijkheid en werd ik van het ene op het andere moment ontzettend boos.

‘Weet je wat mijn eerste reactie was? Nou? Sorry zeggen! Maar omdat jij hier zo idioot tegen me tekeer gaat gaat ‘m dat gewoon niet worden. Moet jij jezelf nou eens zien man! Je zet jezelf voor aap!’

Nu heb ik niets gezegd over de huidskleur van die jongenman. Waarom niet? Omdat het er geen donder toe doet. Al was ie groen en geel met paarse pukkels dan nog had ik hetzelfde geroepen. Ik werd boos omdat iemand helemaal uit zijn dak flipte om niets. Ik had tegen een Chinees, Nederlander, Spanjaard of Surinamer precies hetzelfde geroepen. Dat die persoon een beetje moest dimmen en zichzelf niet zo voor aap moest zetten. Of voor paal. Ik koos in mijn tirade voor aap. Aap ja.

Waar ik nu nog enorm kwaad over ben is het feit dat je zulke normale dingen in Nederland niet meer mag roepen want je discrimineert meteen. De omhooggevallen springende idioot die wellicht beter een jointje had moeten roken om wat kalmer door zijn leven te wandelen flipte compleet bij het noemen van het woord aap. Want hij was getint en getinte mensen flippen blijkbaar snel als zij eerst als een idioot een onbekende vrouw uitkafferen op een busstation op klaarlichte dag met tiental mensen om hen heen.

Ik hoef niemand uit te leggen dat die zin een normale Nederlandse zin is die ieder mens gebruiken kan in een bepaalde situatie. Zo’n situatie waarin iemand een beetje normaal moet doen. Niet zo compleet uit zijn verband gerukt reageren. Omdat iemand per ongeluk tegen je aanstoot.

Nu kan ik me voostellen dat ik in een minder bedachtzame bui Rita Verdonk of Geert Wilders zou kunnen gaan napraten. ‘Zie je wel! Randdebielen. Ze horen hier niet thuis! Nederland zit al zo vol met van dat soort klootviolen!’ Gelukkig snap ik ietsje meer dan deze twee politieke figuren waar half Nederland nu op gaat stemmen.

En tegen die gast zou ik willen zeggen: Ga wat nuttigs doen. Ga naar school. Misschien dat jij je dan wat zekerder voelt zodat je niet meteen bang bent aangevallen te worden om je persoontje. Kweek wat zelfvertrouwen en zelfdiscipline en chill een beetje.


Ontvang mijn blogposts per mail


5 reacties op “Wanneer discrimineert discriminatie?”

  1. Amen. Zit echt een groot deel waarheid in, dat bepaalde groeperingen in feite zichzelf discrimineren. Heel naar, en misschien discrimineren ‘ze’ zelfs ons een beetje op die manier.

  2. Tuurlijk, ‘bitch’ en ‘kanker’ is dus helemaal oké, maar ‘je zet jezelf voor aap’ niet. Weten we dat ook weer. Je wordt er toch vreselijk moe van, dat macho neanderthaler-gedrag bij dat soort mannetjes. En dan heb ik het ook niet over een kleurtje, maar over alle capuchon/pet/wannabe-gangsta-figuren, in alle kleuren waarin ze te vinden zijn. Droeftoeters zijn het.

  3. Narigheid. Dat soort gasten hebben echt een reality check nodig. Het is jammer dat jij in zo’n situatie meteen als de discriminerende boosdoener wordt gezien. Het is gelukkig nog redelijk goed afgelopen, voor hetzelfde geldt denken ze dat ze echte gangsta’s zijn en dat ze geweld moeten gebruiken. Misselijkmakende mannetjes zijn het.

  4. Zo somber is het nog niet gesteld met het electoraat. Er gaan vrijwel nul mensen op dat mens van Verdonk stemmen en hoogstens slechts één op de zes op Wilders. Dat is teveel, maar substantieel minder dan de helft.

    En dit soort figuren gaat vroeg of laat tegen de verkeerde uit zijn dak en zal dan tot ieders tevredenheid een gigantische klap op zijn bek krijgen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Door de site te te blijven gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten