Ik stond met houtskool in mijn handen in de rij te wachten bij de Blokker. Bij de Albert Heijn was geen houtskool meer te vinden. Ik wil eigenlijk nooit naar de Blokker want ik krijg meteen de neiging iets te kopen. Een leuk kaarsje of zo.
Ik stond in de rij voor een lange mevrouw met kort grijs haar. We wachtten allebei op een mevrouw die in de war was over een korting. De kassamedewerker probeerde haar geduld te bewaren en nogmaals uit te leggen waarom de mevrouw de korting niet kreeg. De mevrouw zuchtte. Haar partner kwam erbij staan en was minder geduldig. Hij keek meerdere malen achter zich om te zien of wij inmiddels wat non verbale communicatie toe zouden passen.
Er kwam een jongeman aangelopen die achter de andere kassa ging staan. Hij wenkte naar de mevrouw voor mij.
‘Hallo meneer.’ riep hij.
Ik keek verbaasd op. Meneer? Mevrouw bedoelde hij toch? De dame voor mij liep ietwat moeilijk naar de kassa. Ik bekeek de gezichtsuitdrukking van de jongen. Had hij het niet door?
Ik had zo met de mevrouw te doen. Toen ze betaald had en iets mompelde voordat ze omdraaide en langs me heen liep zag ik dat ze ruwe trekken om haar gezicht had. Even keek ze me aan. Ze keek een beetje bedroefd. Het wit in haar ogen was ietwat rood. Of ik dacht het maar.
Ik wilde eigenlijk ‘sorry’ zeggen.
Wil je mijn blogstukjes in je mail ontvangen? Abonneer je dan hier.