Ik zit hier in mijn werkkamer met mijn verhaal voor mijn neus en probeer niet te denken aan de warmte die hier hangt. Het heeft geen zin om een raam te openen. Buiten is het om elf uur al dertig graden. Zolang ik stilzit, een beetje tik en water drink gaat het best prima. Een beweging, het voorover buigen om een glas water te pakken en het is tijd voor een interne hittegolf. Het zijn geen opvliegers. Het is ook geen koorts. Ze zit vooral aan de onderkant van mijn bril en in de lijn van mijn nekharen.
Sinds gisterenavond staat er een foto op mijn bureau, links in de hoek. Het is een foto uit een wegwerpcamera met drie personen erop. Als ik er lang naar kijk word ik verdrietig dus kijk ik er niet zo lang naar. Ik moet werken; hoofdstukken schrijven anders ben ik niet op tijd klaar om ze in te leveren. De foto is een beetje flets en in retro stijl. Alsof de tijd voorbij gegaan is zelfs op fotopapier. Alle drie kijken ze in de camera met een glimlach. Het was een mooie tijd, die negen jaar. We zijn vereeuwigd op dit stukje papier. De middelste staat op een stoel waardoor hij groter lijkt dan ik. En dat zal ook gaan gebeuren, ooit. Op de foto waait mijn haar een beetje.
Deze zomer gaat ook een keer voorbij.
Wil je mijn blogstukjes in je mail ontvangen? Abonneer je dan hier.
Geef een reactie