Lieve Q,
Het was weer even geleden dat ik bij jou ging oppassen. Ik had het gemist, en jij denk ik ook. Negen maanden lang zag ik je elke week. De keren dat ik je zag na het wekelijks oppassen werden minder. Dat vond ik jammer omdat ik je niet zo vaak meer zag, maar kon er ook in berusten, omdat het beter met je ging. Papa en mama waren lekker naar de stad, even samen eruit. We waren zondagmiddag weer in ons oude doen; lekker gek doen, liedjes zingen, naar buiten om te wandelen, op de schommel, naar de eendjes, samen keuvelen en knuffelen, veel knuffelen, boeken lezen, grapjes maken.
Even ervoor, na het slapen, had je een lichte epilepsie-aanval en moest je even bijkomen. Helaas spuugde je erna je voeding eruit. Je spuugt zelden meer, heel af en toe, dat kan gebeuren. Mijn trui en broek moesten wel in de wasmachine. Ik liep rond in mama’s strakke joggingbroek en dikke wollen trui. Dat stond mama wel beter.
Het was zo’n mooi weer, we gingen hoe dan ook even naar buiten. Lekker de zon op je toet, de wind in je haar. En het ritme van de schommel voelen. Je wees naar boven, want ja, de schommel zat vast aan de boom met een ketting. Dan moest je lachen.
Thuis keek je door het raam naar de bomen. De bladeren zwiepten een beetje heen en weer. Ik haalde mijn broek uit de droger en deed mijn schoenen alvast uit. In de keuken was ik even aan het afwassen en liep ik terug de kamer in en zag dat je naar mijn schoenen geschuifeld was. Wat deed je daar? Je ene voet was in mijn schoen gegaan. Ik schoot in de lach. ‘Ga je mijn schoenen aandoen?’ Maar je begreep mijn schaterlach niet. Natuurlijk kon je ook mijn schoenen even passen. Kijk! Het paste precies! Ongeveer!
Wil je mijn blogstukjes in je mail ontvangen? Abonneer je dan hier.
Eén reactie op “In ons oude doen.”
Terwijl ik dit lees, lijkt het net alsof ik daar ben en zit te kijken naar wat er allemaal gebeurt. XX