Als ik, zo aan het eind van het jaar, achterom kijk besef ik dat dit het vreemdste jaar ooit is geweest. Als ik de documentaires zie op televisie die nu weer op de valreep van 2020 uitgezonden worden (Frontberichten De Special bijvoorbeeld, lokaal vastgelegde beelden zoals Het is stil in de stad, etc) lijkt het op de een of andere manier lang geleden maar we zijn in maart van dit jaar op slot gegaan en nu maanden later hebben we alweer een tweede golf te pakken en zijn weer vele winkels gesloten en zijn we weer aan huis gebonden. Engeland is afgesloten van de wereld door een mutatie van het virus, de truckchauffeurs staan in rijen vast en weten niet of ze thuis zijn met kerst. Een surreëel beeld.
Voor mij was het afgelopen jaar het meest prikkelloze jaar ooit. Het contrast met de herrie van de stad, zeker in maart en april was groot. Ik kan me nog herinneren dat wij gingen wandelen in een verlaten centrum waar alle winkels achter rolluiken verscholen lagen, bijna niemand liep op straat. Je hoorde vogels luider dan ooit. De lucht was stil, geen vliegtuig te horen. We zaten binnen. Ik schreef, ik schilderde en hield een dagritme aan waarbij ik elke dag videobelde met mijn gastkinderen. We speelden muziek, we leerden nieuwe woorden en kletsten over corona want ook voor hen was het allemaal vreemd. Ik miste niets. Ik kon me goed vermaken opgesloten, thuis. ‘Verlang je niet naar iets?’ werd er op Twitter gevraagd. Geen verre reizen, restaurants of grote groepen. Ik verlangde meer naar gewoon op visite kunnen of visite ontvangen. Mijn familie zien. De oom van mijn vriend overleed in april aan corona. Hij verbleef in een verzorgingshuis en wilde niet beademd worden.
In mei mocht ik weer aan het werk. Dat is ook de enige plek geweest de rest van de maanden waar ik anderen zag. Op afstand en met mondkapje op bij volwassenen, met de kinderen werd eerst nog afgetast maar met kinderen kun je geen afstand houden. Een keer bleef ik thuis omdat een vader ziek geworden was. Toen vond ik het voor het eerst even spannend worden. Gelukkig bleek na een test dat hij negatief was.
Voorheen wilde ik toch erg graag zeker een keer in de maand naar Brabant om mijn neefje en zijn papa en mama te zien. Dat ging niet meer. Het reizen per trein hield me tegen. We videobelden. In oktober en december zagen we elkaar omdat er verjaardagen te vieren waren. Mondkapjes op in de auto. Verdeelde visite. Afstand houden. Soms vergat ik het. Ik ondersteunde mijn moeder de laatste keer tijdens een wandeling. Ik vond het lastig om hierin keuzes te maken.
Helaas waren er ook een aantal ziekenhuisbezoeken. Mijn moeder sjokte van afdelingen in Tilburg naar afdelingen in Eindhoven en Uden. Artsen spreken, onderzoeken, een vervelende mri. Ook daar was corona gevaarlijk aanwezig op de achtergrond. Rijen mensen op afstand van elkaar. Vlak voor de afspraak naar binnen mogen, anders buiten wachten. Vragen of er een begeleider mee mocht anders kon je nog wel eens de deksel op de neus krijgen. Belafspraken. Onhandig. Het was allemaal anders dit jaar.
Nu wachten we op een prikoproep. Hopelijk is dit het positieve van het nieuwe jaar. Dat we langzaam maar zeker weer terug kunnen naar een leven waarin we geen beslagen brillen meer hebben, geen crème hoeven te kopen om onze handen mee in te smeren na elke wasbeurt en wat ongedwongener kunnen omgaan met elkaar.
Ik wens iedereen die mijn blog bezoekt fijne kerstdagen!
Wil je mijn blog steunen met een kop koffie donatie? Ik doneer een kop koffie.
Wil je mijn blogstukjes in je mail ontvangen? Abonneer je dan hier.
Eén reactie op “Het vreemdste jaar ooit.”
Dank je wel Karin voor je verhaal en de kerstwensen. Ik wens jou ook een mooie Kerst en een veilig 2021.