Als je iets geks ziet en je onderzoekt het maar je vindt het niet of raakt het kwijt ben je met een kluitje in het riet gestuurd. Althans, zo zou ik me voelen. Bovendien stuurt het je gemoed alle kanten op. Toen mijn moeder onderzoeken kreeg vonden ze wat ze moesten vinden. Hoewel, op die ene longfoto waren er ‘vlekjes’ te zien maar pas veel later kregen de artsen een aha-erlebnis. Nog veel later krabden de artsen zich ook regelmatig op het achterhoofd. Als patiënt en kind van de patiënt sta je dan machteloos toe te zien wat artsen, die moeten onderzoeken, niet vinden.
Gisteren geloofden de artsen van mijn vader dat wat ze dachten gevonden te hebben weer te kunnen zien via een uitgebreider onderzoek. Maar uren later bleek het niet zo te zijn. Er was niets te zien. Na het uitslapen van zijn roes belde mijn vader mij op. Er klonk teleurstelling in zijn stem. ‘Ze hebben niets gevonden.’
Normaal gesproken hóóp je met onderzoeken dat er niets gevonden wordt. Geen vlekjes, geen vreemde, verdachte oneffenheden. Dan ben je schoon en ga je opgelucht naar huis en is alles in orde. Maar als ze zeggen, het gaat niet goed met u en we hebben iets gevonden maar later is het onvindbaar voel je je terecht met een kluitje in het riet gestuurd.
2 reacties op “Met kluitje in het riet.”
Oh, dat is frustrerend ja… Sterkte voor jullie in deze pittige periode!
@Mathilde: je zult het misschien herkennen? Dank iig!