De grond ligt open. Eindelijk. November 2020 dacht ik er niet heel erg over na (daar ontstaan de beste projecten) en wilde aandacht voor een aangepaste speelplek. Ze waren er namelijk niet of nauwelijks. ‘We zien die ouders en hun kinderen niet.’ legde de gemeenteman met het pot geld uit. De kous leek een beetje af. Het is de kip en het ei verhaal. Ik poogde het uit te leggen. De petitie die bijna driehonderd mensen ondertekenden uit de buurt en erbuiten veroorzaakte de noodzaak en de druk om als gemeente ermee aan de slag te gaan.
Ik hoef niet meer in een speeltoestel. Ik sta regelmatig bij een zanderige speelplek of bij kunstgras aan de kant om mijn gastkinderen in de gaten te houden. Gisteren plukte ik een kindje dat net kon lopen met een gips arm van een verhoging af. We staan allemaal als verzorgers aan dezelfde speeltuinen kinderen in de gaten te houden. Ik sta daar niet voor mezelf.
Er zijn speeltoestellen genoeg. Variatie genoeg. Maar niet voor kinderen in een rolstoel. Of kinderen die slecht zien. Nee, je ziet die kinderen en hun ouders niet. Er is niets. Ruim een jaar later zie ik de graafmachine in de weer. De grond wordt afgegraven. Deze week worden de aangepaste speeltoestellen uit Duitsland erin gezet. Wie volhoudt wint. Zo voelt het wel een beetje.
2 reacties op “Niet voor mezelf.”
Gefeliciteerd! Geweldig Karin!
Wat een goed nieuws! Wat een goed initiatief Karin, gefeliciteerd