Lieve Q,
Gelukkig was het net droog en piepte zelfs de zon erdoor. Je kreeg eerst eten en toen gingen we naar de speeltuin. Waar het allemaal begon. Er waren een paar ouders met kleine kinderen aan het spelen. Papa ging met jou op de rolstoelwip. Heen en weer, sneller en sneller. Je moest lachen. Dat was voor mij de échte opening.
Ook de draaiborden vond je leuk. Je kon op ooghoogte de borden omdraaien en kijken welk figuur erop stond. Er waren tekeningen van vissen en krokodillen op het pad, die had je ook in de gaten. Het is fijn dat kinderen met een handicap hier nu ook kunnen spelen. Binnenkort, dit jaar, zal er ook zo’n rolstoelwip in je eigen stad in je eigen straat te vinden zijn. De speeltuin in je buurt wordt aangepast. Met dank aan de gemeente en donaties van mensen.
Spelen is heel belangrijk voor kinderen. Ze leren verbindingen leggen, hun fantasie gebruiken, ze leren de taal. Ze zijn in beweging tijdens spel. Ook voor kinderen met een handicap is spelen belangrijk. Lekker buiten, in de natuur, met andere kinderen. En kinderen vinden het niet erg als er verschillen zijn. Spelen is veel belangrijker. Spelen is genieten en spelen is plezier hebben. En ieder kind heeft recht op een buitenspeelplek in de buurt.
Lieve Q, na het spelen was je een beetje moe en viel je tegen je tante aan in slaap. Even een dutje doen, daarna weer een boekje lezen van Tante Perenboom. ‘Tante Perenboom in de auto in de glijbaan.’ (De achtbaan.) In het restaurant las je verder terwijl papa, mama en je oom en tante genoten van een borrelhapje. Toen je weer naar huis ging was het stil in huis. Maar je tante glunderde want het was een mooie dag geweest.