Mijn familie lost langzaam op. Het gaat over in niet aan te raken herinneringen. Als we nog eens met directe familie willen praten moeten we dit nu doen. De herinneringen halen bij mijn tante de tijd in. Langzaam maar zeker is het heden niet meer daar maar is het verleden steeds meer hier. ‘Ik zag gisteren mijn moeder voor de deur staan.’ had ze verbaasd tegen haar zus gezegd. Ik had willen vragen of haar moeder had aangebeld of iets tegen haar had gezegd. Het was mijn oma die voor haar deur had gestaan, en of het nu klopte of niet, ik zou best mee kunnen in het verhaal.
De tijd haalt het in. Eens was er een jong gezin met drie kinderen die later zelf kinderen zouden krijgen. En in die families speelden er zaken, zoals in elke familie, maar daardoor zagen die kinderen hun familie niet meer. Hoe ouder ik word hoe verdrietiger ik het vind. Verloren jaren, verloren tijd. Dus als er de kans is alsnog verhalen te vangen, dan gaan we dat doen. Onsamenhangend wellicht, uit de context misschien, maar we zullen een moment hebben om te delen wat anders verloren gaat. Mijn moeder kan dit namelijk niet meer doen.