Momenteel ben ik bezig om een presentatie te maken voor een cursus korte verhalen schrijven en probeer te formuleren waarom het verhaal maken zo belangrijk is en dat je met taal en fantasie veel kunt doen om iets begrijpelijk te maken. Nu las ik recentelijk een artikel in de Volkskrant over het woord trauma en dat je moet oppassen welke lading een bepaald woord achterlaat. Tegelijkertijd is taal en de juiste woorden geven aan pijn, het verleden en hoe je omgaat met hoe je denkt belangrijk om de erkenning te vinden dat het er is, dat het heeft bestaan en dat kan helend werken.
‘Veel mensen die in de ggz belanden, worstelen vaak al jaren met hun verleden. Een gebrek aan erkenning speelt nagenoeg altijd een rol. Vaak proberen mensen met mildheid op hun verleden terug te blikken, terwijl de bewijzen dat het echt niet zo gezellig was zich opstapelen. Kunnen erkennen dat ze geleden hebben, is cruciaal. Taal helpt.’ ~ Marte Kaan.
Benoemen is cruciaal. Het maakt echt. Het zorgt ervoor dat alles wat in je hoofd blijft zitten zich naar buiten beweegt en dus kan bestaan en tegelijkertijd kan vliegen waardoor het verlicht. Laatst had ik een gesprek met een meisje van acht die ruzie had gekregen met vriendinnetjes op school over bepaald gedrag die haar vriendinnen niet leuk aan haar vonden. Ze was diep bedroefd en ging in zichzelf. ‘Als je het nog niet kunt vertellen, misschien kun je het dan opschrijven.’ opperde ik. En dat deed ze, in haar dagboek. Uren later kon ze er, zij het voorzichtig, wel over praten. Het gaf lucht. De woorden konden ademen.
Ik adviseer iedereen die met herhaaldelijk gepieker en verdriet blijft rond tobben een notitieschriftje aan. Koop een mooie, eentje die je koestert en bij je draagt. ‘Vooral helpt het als ik alleen ben en mijn ei kwijt moet.’ zei laatst iemand. Het hoeven geen verhalen te worden, soms zijn steekwoorden, losse zinnen genoeg. De onsamenhangendheid wordt vanzelf een rode draad. Alles dat in je hoofd blijft spoken kan naar buiten.
Gisterenochtend bevond ik me op een plek, in de vroegste vroegte, waar ik iets zag waar ik later geen woorden voor had. Ik vertelde het wel aan vriendlief maar ergens schoten de woorden ook daar tekort of kregen ze onvoldoende lading. Ik zal een poging doen maar denk dat ieder die het leest er zijn eigen lading aan geeft. Ik zag namelijk een klein, dikkig roodborstje die luid fluitend aan kwam vliegen. Langs mij heen terwijl ik met mijn fiets aan de hand, het stormde zo, verder liep ging hij zitten, heel dichtbij, op het stuur van een fiets, keek me aan en begon te fluiten. Dit is wat ik zag. In dat ene moment, bevroren leek wel, waren er geen woorden. Nog steeds niet eigenlijk. Het was mooi. Maar mooi is ook maar mooi. Ik wilde het oranje buikje aaien, het leek zo zacht, maar dat kon natuurlijk niet. Bijna voelde ik het, als ik het probeerde in mijn hoofd, maar het was niet echt. Ik kan het moment niet goed beschrijven en niet hardop vertellen. Soms zijn er geen woorden voor. Cliché.