Over dit boek twijfelde ik. Ik vond de titel prikkelend. Steeds stond ik in een boekwinkel, wist van de titel, zocht en keek ernaar. En ik legde het boek steeds weer terug. Een dikke pil, 416 pagina’s, maar dat zegt niets over de inhoud. In de boekwinkel las ik de eerste zin: Het had al twee weken niet geregend toen ze zijn lichaam vonden. Baf! Binnenkomer. Dat beloofde wat. Ik kocht het boek onder de noemer: onderzoeksmateriaal. Want ik was niet alleen benieuwd naar zijn verhaal, (ik had de podcast van Nooit Meer Slapen gehoord waarin Alex Boogers werd geïnterviewd) maar ook naar de schrijfstijl én vooral de vorm. Maar dit boek Wij zijn van diamant is niet één verhaal. Het zijn er twee. En die twee verhalen vind ik niet samen gaan.
Er is mij geleerd: Show, don’t tell. En kijk wanneer je een dialoog gebruikt om te vertellen en wanneer je de binnenwereld induikt om het verhaal te vertellen. Ik hou zelf erg van binnenwereld verhalen. Ik bedoel, je kruipt als het ware in het hoofd en psyche van een personage, in plaats van dat je iemand steeds in gesprekken waarneemt. Dat is een stijl, iets wat je wel of niet aantrekkelijk vindt. Boogers gebruikt vreselijk veel dialogen. Hij kiest zelfs in dialogen een manier om mensen te introduceren. ‘Noem mij maar ….’ ‘Ik ben…’ Dat heeft iets gekunsteld.
Er zijn eigenlijk twee verhalen die ik niet met elkaar kan rijmen. Het begin is spannend, William moet zijn dode broer Markus meenemen naar huis. Hij was naar Seattle gegaan om even tijd voor zichzelf te nemen en Markus vloog hem achterna. Twee jonge broers die genoeg geld hebben om naar Seattle te vliegen, terwijl ze uit een arbeidersmilieu komen. Misschien genoeg gespaard of een erfenis gehad, maar dat was mijn eerste gedachte. Een gehard gezin met een schreeuwende moeder, een nog hardere vader en nog een zusje, Lilly. In Seattle gaat het gruwelijk mis. Markus wordt gevonden aan de voet van de Snoqualmie Falls. Hij is gevallen, uitgegleden, niemand weet het. William moet mee om zijn dode broer te identificeren. In het mortuarium wordt een scène geschetst die ik nog eens moest herlezen. Terwijl het een lugubere, bevreemde en akelige situatie is om je broer te moeten identificeren, schrijft Boogers dat op het moment dat het laken tot op borsthoogte wordt gelegd, William’s gedachten afdwalen naar een herinnering tussen hem en zijn broer. Een leuke herinnering. Het voelde bijna dystopisch aan, terwijl ik het las. Had William een out of body experience? Was het te gruwelijk om aan te zien zodat hij zich distantieerde van dit moment en terugviel in een mooie herinnering?
Er komen allerlei personages voorbij waarbij ik niet goed begreep waarom ze ertoe deden. Ik vond het fascinerend om te lezen omdat mij ook steevast verteld is dat je moet schrappen wat er niet toedoet. Kill your darlings. Ik weet hoe pijnlijk het is maar het moet om een verhaal beter te maken. William schrijft met een oudere dame waarmee hij het veel heeft over de literatuur. (Omdat het voor de lezer duidelijk moet worden dat hij anders is dan de rest in zijn familie?) Hij ontmoet een oudere vrouw in het vliegtuig als hij teruggaat naar huis en het lichaam van Markus meeneemt. (Omdat er voor de lezer een logisch moment moet zijn om het tweede verhaal te introduceren?) Hij begint aan het dagboek dat Markus hem heeft nagelaten, en had achtergelaten in het hotel waar William sliep, en zo rolt de lezer in het tweede deel van het boek naar een familieverhaal verteld door een vriend van de familie. De heer Jacob Lovitz vertelt over het verzet, de Tweede Wereld Oorlog en hoe de voorouders van William en Markus vluchten en op een boerderij terecht komen. En hij vertelt over een familiegeheim, iets dat ervoor heeft gezorgd dat Markus is geworden wat hij is geworden. Het oorlogstrauma dat sporen nalaat. Hij richt het verhaal aan Markus en waarschuwt hem.
In het derde deel van het boek wordt het weer even spannend. Het heeft zelfs elementen van een thriller. Het derde deel is kort. Jammer eigenlijk. Ik had hier het gevoel meer te willen lezen. Hier werd het interessant.
Hoe heeft de redacteur hier doorheen gelezen? Welke opmerkingen heeft de redacteur geplaatst? Ik heb vooral vragen.
Mijn conclusie als lezer? Wij zijn van diamant leest als een pageturner. Geen poëtische tekst, geen broeierigheid, het is niet onderhuids. Ik had geopperd het verhaal van William en Markus uit te diepen en het tweede deel in het boek in zijn geheel te schrappen. Dan had je, als lezer, wellicht geen 416 bladzijdes gelezen, maar wel een spannend verhaal tot je genomen over de band tussen twee broers die elkaar ergens kwijtraken in de tijd.
Mijn volgende twee boeken lees ik in mijn vakantie. Dit is water van David Foster Wallace (Nederlands) en No More van Marguerite Duras (Engels) .