Het leest als een thriller, ook al was het, denk ik, niet de bedoeling. Ik heb het over het boek van `Marcel Maassen, over een moeder die heel haar leven in haar herinneringen en beschrijvingen van haar jeugd gaten open laat en daardoor haar dochter, na haar dood, achterlaat met een heleboel vragen. De dochter schakelt Marcel, de schrijver, in om onderzoek te doen. Wat klopt nou wel en wat niet? Na enig aarzelen stemt hij toe, om meerdere keren te willen stoppen. Op cruciale momenten wil zij stoppen. Wat ze gaandeweg opsporen is niet altijd gezellig om te horen en te lezen. Het is ook confronterend om erachter te komen waar er gelogen is en waar niet.
Bovendien is het zoeken naar een speld in een hooiberg. Alles wat Cyrilla’s moeder Irene verteld heeft geeft niets prijs aan namen, data en plaatsen. Waar te beginnen? Ze beginnen met wat ze wel hebben. Het zijn dagboekfragmenten en verhalen die anderen kunnen steunen dan wel teniet doen. Door genealogisch onderzoek, onderzoek in archieven, terug te gaan naar bepaalde plekken, ook in het buitenland, en mensen te interviewen komen ze langzaam maar zeker iets op het spoor dat lijkt op bewijs. Het is een langzaam ontrafelen van een in elkaar geknoopt bolletje wol.
Voor Cyrilla, de dochter, is het een aaneenschakeling van emoties. Woede, verdriet, ongeloof en berusting wisselen elkaar af na elke teleurstelling of klein geluk. Hoe kon haar moeder het verleden zulke verdraaiingen geven? Waarom vertelde ze niet waar ze vandaan kwam? Wat was er nou wel gebeurd en wat niet? Langzamerhand, door de verdere ontrafeling, is het vooral bij Marcel duidelijk dat Irene echte redenen had om haar leven zo in te kleuren en bepaalde (soms cruciale) gebeurtenissen weg te laten of te verdraaien. In het laatste deel van het spannende en meeslepende boek kom je het te weten. En zelfs iets meer.