‘Ik ga naar een speelparadijs voor volwassenen.’ vertelde ik aan een achtjarige. Ze maakte een ‘O’ met haar mond en kreeg ogen als schotels toen ik vertelde waar ik precies naartoe ging. ‘Maar dat is ook een paradijs voor kinderen hoor!’ We gaven elkaar een boks.
En ik bedenk me altijd, voordat ik er ben, dat ik waarschijnlijk veel zie zodat ik ook veel te schrijven heb als ik weer thuis ben. Ruzies in gangpaden, ruzies over kleuren, kleedjes en meubels. Of kinderen die besluiten middenin een gangpad driftig te worden. Bij de coffee corner zouden er mensen kunnen voordringen waardoor ook irritaties zouden ontstaan.
Niets van dit alles. Vandaag was het druk maar niemand had ruzie. De kinderen wandelden braaf mee met hun ouders en bleven rustig aan tafel zitten tijdens de lunch en aten netjes hun muffin op. De mensen waren gemoedelijk en wachtten rustig op elkaar.
Ik ging voor een vitrinekast maar ging weg met pannenlappen, twee hoezen om kleding in te bewaren, bestek, een kandelaar, vetplant en verse kaneelbroodjes. Ik had bijna een octopus knuffel gekocht voor neefje maar hij woont al in een dierentuin. Er komt vast nog wel een volgende keer dat we naar de Ikea gaan.