Wie gisteren het debat over de regeringsverklaring zag, werd getuige van een chaotisch tafereel. Het leek op een klaslokaal vol kinderen die door elkaar spraken, soms vloekend en tierend, terwijl regels werden overtreden. De nieuwe Minister-President, die net zijn intrede had gedaan, kon de groep niet onder controle houden. Een aarzelende, breekbare leraar is een makkelijke prooi voor leerlingen; ze ruiken zwakte en maken daar gebruik van. De Minister-President leek echter geoefend en herhaalde telkens robotachtig dat iedereen ertoe doet en dat het kabinet als een vertegenwoordiger voor alle Nederlanders spreekt. Op vragen vanuit de Tweede Kamer herhaalde hij hetzelfde riedeltje.
Met name de heer Wilders leverde continu commentaar vanaf zijn stoel, soms vloekend en tierend, ondanks de afspraak om de interruptiemicrofoon te gebruiken en op je beurt te wachten. De voorzitter liet dit keer op keer toe.
Oude uitspraken werden erbij gehaald voor reflectie. Faber had onlangs een X-bericht gedeeld waarin Kamerlid Esmah Lahlah (GL-PvdA) neerbuigend werd weggezet, met de suggestie dat het handig is om hoofddoeken te dragen als het hard regent of waait. Rob Jetten (D66) vroeg aan Schoof om Lahlah hier rechtstreeks op aan te spreken. Dat deed hij met de woorden: “Dat u een hoofddoek omheeft, maakt voor mij helemaal niets uit. U bent voor mij gewoon een mens.”
Dit deed me versteld staan. Esmah Lahlah kon niet anders dan hierop reageren. Voorzitter Bosma sneerde nog dat zij niet meedeed in het debat, ondanks dat het over haar ging. Ze nam het woord en sprak duidelijke taal. Dat het tot dit niveau moest dalen, vond ik echter tenenkrommend.
Er moest ook gewerkt worden, dus ik kon niet alles zien. Soms denk je dat het beter is om je ogen te sluiten en te doen alsof er belangrijkere zaken zijn dan de politiek. Maar de politiek bemoeit zich met ons. Het debat was live en stelde zich onvolwassen, onverantwoord en opportunistisch op. Het was grof, onder de gordel en soms zelfs racistisch. En dat schoolklasje vertegenwoordigt ons land. Ik kijk de debatten om met eigen ogen te zien wat er gezegd wordt en welke taal er wordt gebruikt, zodat ik mijn mening kan vormen. Ik heb vooral gekeken omdat ik zeker wilde weten dat men het beestje bij de naam durfde te noemen. Het enige positieve aan deze debatten is dat dit inderdaad het geval was. Als je uitingen doet die racistisch zijn, ben je een racist.
Tegelijkertijd neem ik een stapje terug om te zien hoe de mensen met elkaar omgaan, welke woorden ze gebruiken en op welke momenten bepaalde zaken naar voren worden geschoven. Zoals de idiote tweet van Agema, vicepremier, tijdens het debat over haar rol als kabinetslid. Schoof was duidelijk van zijn apropos en stemde in met Jettens voorstel om kort te schorsen. Ik had graag een vlieg op de muur willen zijn in de kamer waar Schoof en Agema hun meningsverschil uitspraken. Het was een screenshot van een artikel dat door Wilders’ assistent getweet werd, en hij sneerde dat het vals was te suggereren dat hij erachter zat. De man twittert de hele dag, en nu heeft hij een uitgeprinte kopie nodig om het beter te kunnen lezen?
Wilders sprak over een heksenjacht geopend door (zuur) links. Hij keerde alles om; de heksenjacht was namelijk al lang begonnen, jaren geleden, op moslims. Hij vond het verderfelijk om zijn mensen voor racist uit te maken. Het was volgens hem normaal om Sigrid Kaag een heks op een bezemsteel te noemen.
Eigenlijk was het gisteren een schaamtevolle vertoning. Het viel me op dat vrijwel niemand de voorzitter (PVV) aansprak op zijn ordeloze aandeel in het debat. Waar nog een beetje orde gehandhaafd kon worden, liet hij het gaan. Het is toch de loyaliteit van het clubje, dacht ik.
En dit gebeurt voor onze ogen, op dit moment, en als burgers moeten we niet wegkijken en denken dat we er niks aan kunnen doen. We hebben altijd onze stem en onze pen. Teken petities, demonstreer, schrijf erover, wees niet stil.