524 woorden, 3 minuten leestijd.
Mag je alles wat je ziet, voelt en meemaakt delen in kunst?
Mag je praten, schrijven, zingen, of kunst maken over alles wat je ziet en meemaakt? Mag je de duistere, moeilijke of schaamtevolle kanten van het leven naar buiten brengen, zelfs als dat je naasten pijn kan doen?
Deze vragen hielden me het afgelopen jaar bezig. Ik wilde een boek schrijven over mijn moeder, met wie ik een complexe relatie had. Ze hield van mij—dat weet ik zeker. Maar haar keuzes, haar manier om zich af te sluiten van ongemakkelijke waarheden als een vorm van overleven, begreep ik jarenlang niet volledig.
Na drie jaar worstelen met woorden, en met mezelf, stuurde ik het manuscript naar verschillende uitgeverijen. Ik had eindeloos gepolijst, getwijfeld over wat wel en niet in het verhaal thuishoorde. De reacties waren gemengd: stilte van de een, een standaardafwijzing van de ander. Eén uitgeverij toonde interesse, maar de concurrentie was te groot. Mijn manuscript belandde niet op de stapel ‘uitgeven’.
Toen kwam de Joost Zwagerman Essayprijs voorbij, een aanmoedigingsprijs voor essayistisch talent. Het leek me een kans om mijn verhaal een ander podium te geven. Twee ideeën streden om voorrang in mijn hoofd, maar uiteindelijk koos ik voor het thema ongefilterde verhalen. En opnieuw stelde ik mezelf dezelfde vragen:
Mag je praten over alles wat je ziet en meemaakt? Mag je schrijven over wat moeilijk, duister of schaamtevol is, zelfs als dat je naasten schaadt?
Tijdens het schrijfproces las ik veel boeken van auteurs die persoonlijke, soms pijnlijke onderwerpen behandelden. Eén daarvan was Terug naar Neerpelt van Lieve Joris—een meedogenloos, maar liefdevol portret van een familie die worstelt met de verkeerde keuzes van hun zoon en broer. Het was prachtig geschreven, maar ik bleef me afvragen: wat vond haar broer hiervan?
Ik dacht ook aan Arnon Grunberg, die zijn zus in zijn werk opvoerde. Hun band is zo beschadigd dat ze niet meer met elkaar spreken. Gisterenavond zag ik de documentaire The Black Box Diaries, over de journalist Shiori Ito die zich na een verkrachting niet verstopt en haar onderzoek en rechtszaak in Japan documenteert. Haar ouders wilden niet dat dit naar buiten kwam.
Maar mensen zijn vreemde dieren—zoals de hond in mijn andere verhaal blaft. Als ik rouwadvertenties lees waarin mensen altijd worden beschreven als sociaal, altijd behulpzaam en geliefd, vraag ik me af: waar zijn de buitenbeentjes, de ongemakkelijke waarheden, de ruwe bolsters?
De essaywedstrijd werd niet alleen een doel op zich, maar ook een experiment. Een poging om uit te zoeken wat het betekent om te delen wat ongefilterd is.
Het resultaat is mijn essay: Ongefilterd. Je kunt het hieronder downloaden en als je mijn inzet en hersengekraak waardeert, zou een kleine donatie heel welkom zijn. ♡
Waarom ik dit deel? Ik deel dit niet alleen om mijn essay onder de aandacht te brengen, maar ook om iets te zeggen over kwetsbaarheid en grenzen. Kunst gaat over waarheid, maar waarheid heeft een prijs. Wat ik leerde, is dat je die prijs moet afwegen. Niet alles hoeft verteld, maar wat verteld wordt, verdient aandacht, nuance en moed.
Ontdek meer van Karin Ramaker.
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.