Iedereen klungelt.

391 woorden, 2 minuten leestijd.

Het eerste wat me opvalt tijdens het lezen van De mensheid zal nog van mij horen van Joris van Casteren, is hoe vreselijk mensen kunnen aankloten. Ze kloten met – en verkloten – hun relaties, hun werk, hun buurt en zelfs hun eigen gedachten.

In het boek maak ik kennis met een aantal van die karakters. Jarenlang schreven ze hun gedachten neer in dagboeken, die na hun dood door nabestaanden naar het Meertens Instituut * werden gebracht. Het papier werd hun beste vriend. Daarop vertrouwden ze alles toe: hun diepste gedachten, hun boosheid en verontwaardiging, maar ook hun verlangens. En wat ze het meest verlangden, was een normaal bestaan.

Eén van hen, Wim de Vries, bleef me bijzonder bij. Hij was eenzaam. Hij wilde niets liever dan een gewoon leven, met een lieve vrouw, een fijn huis en rust. Maar het lukte niet. Wanhopig bestelt hij dubieuze pillen online, gaat op bed liggen en verdwijnt in de dood.
Pas in zijn teruggevonden dagboeken ontdekken zijn broers en schoonzussen wat hij werkelijk over hen dacht. Zo was een van zijn broers kunstenaar, maar eigenlijk vond Wim zijn schilderijen helemaal niet mooi.

Ook Eva de Koning is zo’n personage. Via haar dagboeken zoekt ze contact met anderen; op papier voeren ze gesprekken. Zelfs wanneer ze wordt opgenomen in een psychiatrische instelling, mag ze blijven schrijven. Maar dat blijkt juist funest voor haar herstel.
Aan het eind van het boek bezoekt Joris haar. Na jaren ziekte heeft ze eindelijk een therapeut gevonden die de vicieuze cirkel weet te doorbreken. Een reddende engel.

De andere karakters kloten er ook flink op los, vooral de getrouwde mensen met kinderen. Joris spreekt aan het eind van het boek zelfs een van hun kinderen. Iedereen heeft zijn nukken en tekortkomingen. Iedereen klungelt met relaties, werk en de buurt. Misschien zijn het precies deze elementen – hoge verwachtingen, een gebrek aan communicatie en opgesloten zitten in jezelf – die leiden tot het schrijven van zo’n dagboek.

*Bij toeval stuit Joris van Casteren in 2018 op een merkwaardig archief, gevuld met dagboeken van honderden onbekende mensen. Het Nederlands Dagboekarchief blijkt vele stemmen te bevatten van ‘gewone’ Nederlanders die onvoorstelbare gebeurtenissen meemaken. Het dagboek is voor hen een schuilhut waarin ze zich langzaam terugtrekken en op gevaarlijke wijze vervreemden van de wereld, hopende dat een lezer in de verre toekomst hun ongehoorde verhalen verder zal vertellen.

Een klein puntje van kritiek: de verdeling van de karakters over verschillende hoofdstukken zorgt ervoor dat het verhaal van elk personage niet als een samenhangend geheel leest. Dat vind ik jammer.


Ontdek meer van Karin Ramaker.

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Door de site te te blijven gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten