277 woorden, 1 minuut leestijd.
Fear of missing out: Het staat voor een sociale angst om niet deel uit te maken van een plezierige situatie door ergens niet bij aanwezig te zijn. Als je ergens niet bij bent kun je geen deel uitmaken van de ervaring, het is niet mogelijk om dit later goed te maken.
Als jij niet op het feestje bent, maar ergens anders, weet je zeker dat je niet weet hoe het elders was, wie erbij waren en wat er besproken werd. Maar ook: of mensen aan je dachten, je misten, je wilden zien.
Het wordt nog erger als ze appen: Waar ben je? Kom je nog? Kun je later komen, even maar?
Dan moet je kiezen tussen feestjes en mensen, of je probeert twee feestjes in een paar uur te proppen. Snel je gezicht laten zien, even aanwezig zijn en dan weer door, want ook daar wil je niets missen. Het zorgt voor versplinterde aandacht en oppervlakkige interesse—iets waar ik een bloedhekel aan heb.
Ik had vroeger een vriendin die was verhuisd en op een dag allerlei vriendinnen afging om even bij te kletsen, maar na een uur alweer door moest naar de volgende. Voor haar blijkbaar praktisch, voor mij minder fijn, omdat ik het gevoel had slechts een tussenstop in haar schema te zijn. Als je elkaar al zo weinig spreekt en ziet, wat is dan een uurtje contact?
De vijfjarige voelde zich vanochtend ziek, maar huilde tranen met tuiten—bang dat zijn vriendjes hem zouden vergeten. FOMO begint al in de kleuterklas. Hoe moet dat later?
Misschien is de echte angst niet dat we iets missen, maar dat we zelf over het hoofd worden gezien.
Geef een reactie