432 woorden, 2 minuten leestijd.
“Verwerken” is zo’n Nederlands woord dat, afhankelijk van hoe je het gebruikt, telkens iets anders lijkt te betekenen. Ik heb het altijd een gek woord gevonden. Werken is iets doen, arbeid leveren, fysiek of mentaal. Je hersens aan het werk zetten — tot je ineens beseft dat je eigenlijk alleen maar aan het hersenwerken bent. Geen officieel woord, dat weet ik, maar ik wil het toch gebruiken. Het dekt de lading beter.
Dat verwerken, dat hersenwerken, is iets waar ik vooral ’s nachts druk mee ben. Op het moment dat ik eigenlijk rust zou moeten nemen, om de volgende dag fris en fruitig weer aan het werk te kunnen — lichamelijk én geestelijk. Kinderen vragen de hele dag door om je aandacht. Als je niet met ze aan het praten bent tijdens een wandeling, dan zit je wel met hen aan tafel, alert. Net als onderzoek verrichten, je blijft scherp op zoek naar antwoorden.
In mijn droom zat ik tegenover mijn vader. Ik vertelde hem iets, iets wat hij zichtbaar fijn vond om te horen. Zijn ogen twinkelden. Maar toen ik iets toevoegde, iets scherps, vulden zijn blauwe ogen zich ineens met tranen. Die witte delen van zijn ogen kregen rode draadjes. Ik had hem geraakt, dat zag ik. Ik kon er niks aan doen. Ik moest hem zeggen wat ik vond, wat me stoorde in zijn gedrag. En pas toen ik hem bijna zag huilen, drong door wat ik eigenlijk aan het doen was. Dat dit altijd gebeurde.
Jarenlang droomde ik over mijn moeder. Ze was er vaak eventjes, gewoon om tegenaan te kletsen. Al praat je in dromen, althans ik, nooit met je mond — het gaat in gedachten. Ze was er dan zomaar even, en glipte daarna weer mijn droom uit. Soms duurde het maanden voor ze weer eens langs kwam. In het begin, vlak na haar dood, waren die dromen zó helder dat ik er wakker van schrok. Haar aanraking was tastbaar. Ik was compleet in de war.
Mijn vader kreeg in dat hele droomgebeuren nauwelijks een rol. “Eerst je moeder verwerken”, zei mijn brein kennelijk. En nu, vier jaar later, verschijnt mijn vader steeds vaker in mijn dromen. Niet dat ik dat per se prettig vind, om eerlijk te zijn. We hadden een complexe relatie — zoals dat dan zo netjes heet. Ik heb hem zelfs een paar jaar uit mijn leven geweerd, tot mijn moeder ziek werd.
Wat is mijn brein ’s nachts eigenlijk aan het doen? Is het bezig met opsommen? Registreren? Is het aan het proberen te verwerken?
Het is aan het Hersenwerken.
Geef een reactie