247 woorden, 1 minuut leestijd.
Minister Faber van Asiel en Migratie lijkt het liefst een regime te voeren waarin jonge asielzoekers gestraft worden voor hun bestaan. Haar woede over een uitje van minderjarige asielzoekers tijdens de dorpskermis in Sint Annaparochie is niet alleen buiten proportie, het is ronduit wreed. Wat deze jongeren vooral niet mogen, is het naar hun zin hebben! Geen ontspanning, geen uitje, geen glimlach – lijden moeten ze, als het aan Faber ligt!
Waar het COA probeert te doen wat in de wet staat – zorgen voor opvang én ontspanning (met een reden!) – doet Faber er alles aan om diezelfde medewerkers publiekelijk af te vallen. Haar boodschap is helder: deze jongeren verdienen geen menselijkheid, ze verdienen straf. Zelfs een gepland alternatief uitje – ver weg van de dorpskermis waar vorig jaar opstootjes waren – is voor haar reden tot woede. Want voor Faber is elke vorm van medemenselijkheid al te veel.
Burgemeester Van de Nadort noemt het terecht “schandalig” dat de minister haar eigen beleid ondermijnt en haar medewerkers aanvalt. En gelijk heeft hij: Faber gedraagt zich niet als bestuurder, maar als beul – niet op zoek naar oplossingen, maar naar vernedering. Haar harde uitspraken – “Wat mij betreft gaan de raddraaiers zo snel mogelijk het land uit” – generaliseren een hele groep jongeren tot lastpakken. Preventieve ontspanning als veiligheidsmaatregel wordt door haar verdraaid tot bewijs van schuld.
Een minister die vreugde en ontspanning voor kwetsbare jongeren ziet als een provocatie, is geen hoeder van de rechtsstaat, maar van rancune. Het is geen beleid, het is doelbewuste pesterij met macht.
Geef een reactie