Kramp.

Foto gemaakt door Steve Rhodes.
Foto gemaakt door Steve Rhodes.

“…and that visibility which makes us most vulnerable is that which also is the source of our greatest strength.” -― Audre Lorde.

‘Wat gebeurt er als je kramp krijgt in je been?’
‘Dan spannen je spieren zich op een vervelende manier samen.”
‘Ja, en wat gebeurt er dan?’
‘Je krijgt pijn, het voelt verschrikkelijk en je kunt je niet bewegen.’
‘Wat is de oplossing tegen deze kramp?’
‘Je spieren zo spannen dat de kramp weggaat, juist het tegenovergestelde doen.’
‘Precies.’

Met kuitkramp kun je niet lopen. Of liggen. Slapen lukt ook al niet. Het enige wat helpt is masseren en je spieren strekken en erop vertrouwen dat het een keer weggaat. Krampen ontstaan door extreme kou, vermoeidheid of lichamelijke inspanning. In een krampstaat kun je niet vooruit.

‘There’s a hole ahead.’

Ja.En?

Kun je nagaan dat mensen, mensen in het algemeen, mensen in bedrijven, management worstelen met identiteit, transparantie en zelfvertrouwen. Dat willen en kunnen twee verschillende dingen zijn maar dat er steeds meer moet en gewild wordt maar dat men erachter komt, vaak tijdens het proces, dat het niet echt wil en verkrampt. Dat het enige wat oplost is dat men leert hoe de verkramping tegengehouden wordt en mocht de verkramping toch gebeuren men weet wat te doen. There’s a hole ahead; maar je kunt er omheen als je voldoende communicatieskills hebt, zelfvertrouwen hebt in je eigen kunnen en weet waarop je kunt antwoorden.

Voordat je met sociale media aan de slag wilt, bedenk je dan eerst of je geneigd bent kramp te krijgen.

Vakmanschap is meesterschap.

Het zijn stiekem allemaal testjes van het universum. Die ene wolk wijst gewoon met z’n vinger en fluistert: ‘U zult assertiever zijn en voor uwe rechten opkomen!’

Wij hebben in onze nieuwe woning erg bijzonder glas. Dat glas is zwaar geïsoleerd. Of hoe je het ook noemt. Doordat het zulk speciaal, bijzonder glas is, moet je het ook op een speciale, bijzondere manier behandelen, zoals je dat doet met speciale, bijzondere kinderen. Alleen had de woningbouwvereniging achterwege gelaten waar je nu precies wel en niet op moest letten. We hadden destijds, net na de verhuizing, nog geen gordijnen dus hingen we er wat voor. En toen brak het glas. Een zogenoemde thermische breuk. Toen ik belde zei de man in kwestie ook: ‘Ja, heeft u er wat voorgehangen mevrouw? En was dat helemaal of maar een beetje?’ ‘U mag geen stickers erop plakken, mevrouw.”Er is zelfs een raam gesprongen, mevrouw, toen er een kat voor het raam lag.’ Ik slikte even en krabde mezelf even op het achterhoofd. ‘Wij hebben dus wel heul, heul, heul speciaal glas, zeg maar.’ antwoordde ik beduusd.

raam1

Na een aantal weken niet of onvolledig gecommuniceer (‘We willen een afspraak met u maken om het glas op te meten, mevrouw. Schikt het maandag?’ … ‘Oh, excuus, mevrouw, we konden in een andere woning naar binnen en hebben daar het raam opgemeten. Nogmaals excuus dat we het u niet hebben gemeld.’ … ‘We moeten alsnog even het raam bij u opmeten, mevrouw, want een extern bedrijf vervangt het glas. Dat is namelijk goedkoper.’)

raam2

Een meneer kwam het raam vervangen op een vrijdagochtend. En hij ging vliegensvlug de deur uit toen ie klaar was. Toen ik thuiskwam liet vriendlief het raam zien. ‘Wat vind jij ervan?’ Ik had daar wel een paar woorden voor. Iets in de trant van Prutser, Smerige Amateur of Idioot-die-niet-kan-kitten.

Natuurlijk hebben wij prachtige artistieke foto’s opgestuurd naar desbetreffende woningbouwvereniging en om reactie gevraagd. Wordt vervolgd. …

UPDATE: vanochtend, woensdag 11 juli, ben ik gebeld. Er was via het contactformulier een pdf verstuurd en dus konden linkjes niet geopend worden van het bewijsmateriaal de foto’s. Of ik opnieuw de foto’s wilde versturen naar direct mailadres. Natuurlijk. ‘Schrik niet.’ zei ik nog. …

Communicatie is vooral informatie verstrekken.

Als het gaat om oudercontacten heb ik veel moeten leren in de kinderopvang; mijn vorige loopbaan. Duidelijkheid is voor de één een vager begrip dan voor de ander. Duidelijkheid is moeilijk, je kunt namelijk niet duidelijk genoeg zijn. Als je jezelf een ‘duider’ noemt ga je er vanuit dat je op de juiste manier omschrijft, verklaart en uitlegt. Het blijft perceptie; de ander kan nog steeds met vraagtekens zitten. Communicatie is het aller moeilijkste wat er bestaat, en ik beleef het bijna dagelijks.

Laatst was ik in het ziekenhuis om bloed te prikken. Dat kan gebeuren; je drukt op een groene knop waarop staat ‘bloedafname’ en je wacht totdat nummer 832 voorbij komt. Toen er een piepje afging en mijn nummer in beeld kwam, liep ik naar de balie om mijn verwijsbrief in te leveren. ‘U heeft het verkeerde nummer, mevrouw. U heeft een cito.’ Een wat? ‘Als er op uw verwijsbrief cito staat, heeft u voorrang.’ Als niemand mij van tevoren uitlegt dat ik niet op het knopje bloedafname moet drukken maar op knopje cito, en er wordt gecommuniceerd dat ik ‘bloed moet prikken’ ga ik niet voor de lol op knopje cito drukken. ‘Wat fijn dat u me nu uitlegt wat ik moet doen.’ was mijn reactie, en ik was níet cynisch.

Mijn horloge ging kapot. Twee dagen geleden stopte hij ermee om 00:39. Mijn horloge is geeft me het gevoel dat het een erfstuk is. Het is al meer dan tien jaar oud en ik draag het als een sierraad. Ik besloot meteen naar een juwelier te gaan om het te laten maken. ‘We moeten het opsturen. Dan ben je het vier weken kwijt. Of langer.’ Dat vond ik geen optie. ‘Ik probeer wel ergens anders.’ Ik liep langs een paar juweliers en bij de derde verkochten ze ook Diesels. ‘Wil je persé dat ie waterdicht blijft?’ Nee, dat wilde ik niet persé. “Als je dat wel gewild had, had ik je horloge moeten opsturen. Als je het niet erg vindt om op te passen met water, maak ik ‘m nu even open.’ Ik wist helemaal niet dat het lag aan de wel of niet waterdichtoptie. Waarom legde niemand mij dat uit, zodat ik keus had?

Communicatie is vreemd. Soms vertel je veel om iemand te helpen. Soms vertel je minimaal om iemand niet ongerust te maken. Bij de een valt dit juist verkeerd en bij de ander zit je goed. Soms laat je expres iets achterwege. Soms is communicatie vooral nonverbaal waarbij je eigenlijk best verbaal had kunnen zijn want de nonverbale communicatie was duidelijk genoeg, al is het altijd gokken wat iemand écht bedoelt. Beter is bij onduidelijkheid even na te vragen. ‘Wat bedoel je daarmee?’ ‘Heb ik het goed begrepen dat …’

Voorheen kreeg ik regelmatig communicatietrainingen. Hoe ga je om met lastige mensen, slecht nieuwsgesprekken en wat doe je als iemand je niet begrijpt? Indirecte vragen zijn vaak multi-interpretabel. ‘Kun je dit voor me doen?’ Ik zou dat inderdaad kunnen doen. De vraag is alleen of ik dat nu wil doen of later. ‘Lust je koffie?’ ‘Ja, dat lust ik.’ ‘Wil je nu koffie?’
‘Je brengt nooit bloemen voor me mee.’ Dat is een dooddoener. De klager zal namelijk niet snel meer tevreden zijn; nooit is waarschijnlijk niet waar en als degene ineens wel bloemen meeneemt zegt de klager: ‘Ja, nu is het niet meer spontaan.’

Het wil helemaal niet zeggen dat ik zo goed ben in communiceren. Ik kom oorspronkelijk uit Brabant en daar zeggen ze allemaal: ‘Lust je koffie?’ (‘Luste ge un bekske koffie?’) …

Mopperen.

Het is -14, het heeft gesneeuwd en ik ben als de dood om uit te glijden. Gisterenmiddag moest ik even de deur uit, toen net alle sneeuw als een witte deken naar beneden gegleden was, om boodschappen te doen. Ik gruwelde al op voorhand en maakte mezelf alleen maar chagrijniger door steeds de nadruk te leggen op het negatieve. $#@ sneeuw! #@$! kou!

Dat helpt even. Het is even goed om te mopperen als iets niet gaat zoals je wilt of gebeurt zoals je wilt. Vroeger klaagde ik zelden. Misschien werd me dat verboden, ik herinner het me niet meer. Het enige wat ik wist was dat ik jaren later tijdens een stage op een basisschool voor leerlingen met leermoeilijkheden met de directeur een gesprek had over de voortgang.

‘Als het stervenskoud is, klaag je niet. Als je helemaal doorweekt op de fiets hier aankomt en de hele dag in een natte broek en schoenen moet rondlopen klaag je niet en als er iets mislukt klaag je niet.’ Hij vond het fascinerend en irritant tegelijk en wilde weten waar dat vandaan kwam. Als negentienjarige had ik nog niet helemaal de zelfreflectie in pacht om daar antwoorden op te geven. Het enige wat ik antwoordde was:

‘Heeft het zin om te klagen als er niets verandert?’

Pas vele jaren later kwam ik erachter dat het soms wel oké is om even te zeuren, te mopperen en te klagen. Het geeft even adem en lucht aan je gevoel. Maar er de hele dag in blijven hangen is niet erg prettig. Niet voor je omgeving en zeker niet voor jezelf.

Herken je die mensen die bij het minste geringste uit hun slof schieten op straat omdat iemand even te lang wacht bij een groen licht? Of dat er iemand niet erg snel is achter de kassa? Waar ben je écht even van uit je humeur? Die vraag stel ik mezelf tegenwoordig, als ik loop te chagrijnen. Want let wel, als ik prima lekker in m’n vel zit heb ik alle geduld van de wereld en fluit ik overal tussendoor en langs. …

Door de site te te blijven gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten