Het is vreemd. Woensdag stond ik in de kassarij van de supermarkt en zag dat de persoon achter mij maar één halfje brood had. ‘Heb je maar één ding?’ vroeg ik. Hij knikte dus ik zei ‘Je mag wel voor hoor!’ Hij gaf geen sjoege. Ja, hij ging wel voor me staan maar zei helemaal geen dank je wel. Geen enige blijk van waardering of dank. Krijg de … dacht ik.
Mijn oppaskindje zegt steevast ‘dah wel’ als hij iets krijgt. Ik zeg dan altijd ‘alsjeblieft!’
Ik ben opgevoed met dank je wel zeggen. Als je iets krijgt ben je dankbaar. Vind je het eigenlijk stom dan nog zeg je dank je wel. Je dankt de persoon die moeite doet jou iets te geven of je te helpen. Dank je wel zeggen is helemaal zo gek nog niet. Toch merk ik om me heen dat niet in elk gezin ‘dank je wel’ zeggen belangrijk gevonden wordt. Men weet zelfs geen raad met zichzelf als de ander hen ergens voor bedankt. ‘Ja, haha,..’ Vol ongemak en plotselinge kwetsbaarheid horen zij een dank je wel aan, niet goed wetende wat ermee te beginnen.
Dank je wel zeggen is misschien ook wel kwetsbaarheid tonen. …