In Utrecht, gisterenochtend, sta ik rustig bij de geopende deuren te wachten totdat iedereen is uitgestapt. Naast mij staat iemand van mijn leeftijd en achter mij staat de rest. Men stapt in een rij van twee uit de trein en loopt verder. Als een rij is uitgestapt lopen er nog wat mensen van de eerste rij uit. ‘Je kunt al instappen hoor.’ roept een vrouw (50+) achter mij. ‘Nou,’ zeg ik -‘Dat vind ik een beetje onbeleefd.’ Mij is namelijk geleerd dat je eerst mensen laat uitstappen voordat je zelf instapt. Mensen die uit een restaurant lopen terwijl jij naar binnen wil, die laat je eerst voorgaan. Voor vrouwen van 50 plus zijn de regels veranderd, denk ik.
Bij de Bijenkorf in Den Bosch sta ik netjes in de rij om een ‘kek’ t-shirtje af te rekenen. Naast me staat een mevrouw waarbij het lijkt alsof ze nog iets anders wil doen voordat ze in de rij gaat staan. In plaats van achteraan te sluiten staat ze ineens voor me! Ik laat je raden hoe oud ze was.
Onderweg naar huis stopt de trein op Utrecht Centraal. Ik zit gewoon naar buiten te staren terwijl ik een grinnik weghik omdat ik in het boek van Paulien Cornelisse zit te lezen. Aan de overkant staat een bord. Een man in een felrood overhemd prijst een vliegticketbedrijf aan. Zijn hoofd is net zo rood als zijn overhemd. Mijn eerste gedachte is: Dan wíl je toch niet op reis? …